22 maart 2016, een dag die bij iedereen in het geheugen zal gegrift blijven staan.
De terreuraanslagen in Brussel roepen veel vragen op, ook bij onze kinderen.
Ook op school praten we met hen over deze gebeurtenis.
Het is heel belangrijk dat de kinderen hun gevoelens kunnen uiten.
Op de website van Klasse geeft men tips over hoe ermee om te gaan.
Hieronder vind je deze tips.
Hoe praat je met je
kind over geweld en terreur?
Ook
kinderen zijn ongerust als ze in de media horen over aanslagen en geweld. En
daar willen ze het zeker met jou over hebben. Maar hoe praat je als ouder met
je kind over geweld en terreur? Doe dat op hun maat met deze tips.
- Blijf
zelf rustig. Kinderen nemen de angst van ouders over.
- Praat
over de gebeurtenissen. Doe niet geheimzinnig of
verberg niets. Je kind voelt dat. Peil naar de wijze waarop ze het nieuws
interpreteren en stuur bij waar nodig. Vermijd extreem taalgebruik. Blijf
dus ook rustig in het kiezen van je woorden.
- Laat je
kind vooral zelf vertellen. Wat heeft het gezien op
tv, gehoord, gelezen? Vertrek vanuit zijn behoefte: wil het praten, wat
wil het weten …?
- Doseer
de berichtgeving volgens wat je kind
aankan. Geef enkel de nieuwe informatie, laat niet permanent de extra
uitzendingen zien. Kan je nagaan wat je kind post op sociale media?
- Laat je
kind zijn gevoelens uiten. Door erover te praten,
te tekenen of schrijven geven kinderen een plek aan de gebeurtenissen. Dat
gebeurt ook in de klas. Hou mogelijk gedragsverandering (slaapklachten,
veranderd spelgedrag …) in de gaten.
- Druk de
kinderen op het hart dat een aanslag bijna nooit voorkomt. Dat het
precies daarom groot nieuws is. Daardoor krijgen kinderen misschien het
idee dat het overal gevaarlijk kan zijn. Stel ze gerust dat ze zich veilig
mogen voelen, ook op school. Zeg dat je ook bang zou zijn mocht je oog in
oog staan met zo’n terrorist, maar dat de slechteriken toch zullen worden
gepakt door de politie.
- Kinderen
zijn nieuwsgierig. Beantwoord de vragen die ze stellen. Geef
eerlijke antwoorden en maak het niet dramatischer. Je kind hoeft ook niet
alle details te kennen.
- Benoem
ook de positieve dingen. Zeg dat de politie alles
doet om de daders op te pakken. Zeg dat alle mensen boos zijn over de
aanslagen: moslims, vluchtelingen, katholieken …
- Zeg je
kind dat er ook veel leuke dingen zijn om te doen of aan te denken. En
dat dat ook mag. Speel een spelletje samen, kijk naar een leuke film,
vertel een vrolijk verhaal. Laat voelen dat je dichtbij bent.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten